Générations Terre - Generaties Aarde

…Fabrice BITTENDIEBEL

 

Né le 8 août 1974

Adresse : Place Olivier, 2 – 31300 Toulouse – France

Tél.: + 33 / 698 / 89 78 67

E-mail : tubtub23@hotmail.com

 

Vit et travaille à Toulouse.

En 1996, après des études de biochimie, je me dirige vers la photographie et

deviens assistant de Monsieur Polo GARAT à Toulouse de 1999 à 2005.

En parallèle, de manière autodidacte, je m’initie au volume et participe à

diverses expositions dans des lieux associatifs.

De 2003 à 2006, je travaille sur divers films d’animation volume ce qui me

permet de concilier la sculpture et la lumière.

Sur l’un de ces films une envie de projet plastique commun commence à voir

le jour avec Julien Bonnard.

 

Earth Crisis

 

“De mens is de onverwoestbare die, daarom en daardoor, constant verwoest kan worden”

                                      Maurice Blanchot

 

Hij is alleen gevoelig voor de pijn van wat hij het beste kent: zijn soort. Veroordeeld zijn narcisme en zijn hoogmoed hem niet tot vernietiging? Om dit te illustreren, is het objectief van dit project het creëren van een visuele interferentie veroorzaakt door het omkeren van de materiën. Geïnspireerd door een affiche van de film “EvillDead”, heeft dit project de vorm van een figuratief beeldhouwwerk/installatie. Ze bestaat uit een vrouwenbuste die aan de keel gegrepen wordt door een hand.

Deze twee elementen komen uit de grond. Om een visuele interferentie te creëren, wordt de buste gemaakt met dode takken. De arm en de hand, worden gemaakt uit de stam van een levende boom,

die bedekt wordt met aan elkaar genaaide vellen, die hier en daar de schors van de boom laten zien.

Ons nadenken gaat over deze spelen van oppositie, omkering en samenvoeging.

Levende materie, dode materie, dierlijk, plantaardig, brengen zo de bezoeker  ertoe om zich met de boom, zijn kwetsbaarheid en dus ook met de ecologische problemen te identificeren.

“Mensen, waak, want de buik is altijd vruchtbaar van daarontsprong het smerig iets

(van daar ontsprong het smerige beest)”

                                                                   B. Brecht